B-cellen verzamelen uit hersenvocht
Methode: Door middel van zeer nauwkeurige technieken zijn B-cellen in het hersenvocht van 82 mensen met MS geanalyseerd tot op het allerkleinste niveau van detail (DNA volgorde, een soort “barcode” van het erfelijk materiaal van de B-cel). Daarna is bepaald in welke mensen met MS deze cellen wel en niet snel aan het delen zijn geweest door deze barcodes te vergelijken (identieke barcodes duidt op snelle deling door stimulatie van de betreffende cel). Vervolgens zijn deze gegevens gekoppeld aan andere bekende eiwitten die gebruikt worden bij het stellen van de diagnose MS en andere interessante moleculen die een rol kunnen spelen in MS en hebben wij beoordeeld of het ziektebeloop van MS anders is tussen mensen met en zonder deze snel delende B-cellen.
Mogelijke overeenkomsten tussen B-cellen van MS-patiënten
Resultaat: In totaal zijn 120.147 “barcodes” geanalyseerd, waarvan er uiteindelijk, na uitgebreide kwaliteitscontroles, 40 afkomstig bleken te zijn van snel delende B-cellen. Ongeveer 30% van de 82 mensen met MS hebben snel delende B-cellen in het hersenvocht. Tussen verschillende mensen waren er geen identieke “barcodes” van B-cellen gedetecteerd. Eveneens, vonden wij geen verschillen in het beloop van de ziekte tussen patiënten met en zonder snel delende B-cellen. Ook waren wij niet in staat om vergelijkbare B-cellen tussen mensen met MS te vinden, iets wat theoretisch had kunnen duiden op een mogelijke oorsprong van MS.
Behandelingen gericht op B-cellen
Impact: Het huidige onderzoek toont dat mensen met MS snel delende B-cellen kunnen hebben, echter zijn wij niet in staat geweest om verschillen in ziektebeloop aan te tonen of meer duidelijkheid te krijgen waarom deze cellen ontstaan.
Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door de Gemmy & Mibeth Tichelaar Foundation
Dit project is mede opgezet door prof.dr. Rogier Hintzen, oprichter en hoofd van ErasMS MS Centrum Rotterdam. Op 15 mei 2019 overleed Rogier aan de gevolgen van een ernstige ziekte. Rogier stond nationaal en internationaal bekend om zijn grote bevlogenheid en expertise op het gebied van MS. Het onderzoek wordt voortgezet in zijn geest door het ErasMS team en Rogiers opvolger dr. Joost Smolders.
Projectnummer: 18-1036